Ericsson type 1951

[:nl]Ericsson 1951 voorEricsson type 1951

Ericsson was de eerste fabrikant die met een nieuw ontworpen toestel kwam, dat aan de Norm 51 voldeed. Dit type is het meest geproduceerde van de 3 nieuwe ontworpen Norm 51 telefoons. (De anderen waren de Standard type 1954 en de Heemaf type 1955).

Je komt dit toestel, zowel in de wanduitvoering als in de tafeluitvoering nog vaak tegen op rommelmarkten, marktplaats etc.

Dit toestel is in grote hoeveelheden als afgekomen materieel in de USA en andere landen verkocht als 2e hands telefoon. Je kunt ze tegenwoordig dus over heel de wereld aantreffen.

Ericsson type 1951
Ericsson type 1951

Naamgeving

Ericsson tafeltoestel type 1951 is de officiële PTT-aanduiding. Zelf noemde de PTT het toestel ook wel CE 51, volgens een classificatiesysteem wat in de jaren 50 een tijdje in gebruik is geweest.

In het buitenland wordt dit toestel vaak Ruen genoemd. Deze onjuiste naamgeving is ontstaan doordat er op de onderzijde onder het logo van Ericsson de plaatsnaam van de vestiging was geschreven: Rijen. Dit wordt door veel buitenlandse verzamelaars verkeerd gelezen, vooral ook omdat ze onbekend zijn met het Nederlandse fenomeen van de lange IJ.

Ontwikkeling

Ericsson 31 48De familiegelijkenis met de allereerste geheel bakelieten telefoon van Ericsson, de DBH1001, is onmiskenbaar en het type 1951 is via een aantal tussenstappen ontstaan uit dit Art Deco toestel

In 1947 kwam Ericsson met een nieuwe versie van de DBH1001 uit, de DBH15. Het was wederom een geheel bakelieten toestel. Aan de buitenkant was het grotendeels hetzelfde model als de DBH1001, maar dan met zachtere lijnen en een geheel bakelieten draaischijf.

De DBH1001 had alle elektrische componenten aan de binnenkant, gemonteerd op een binnenframe, de DBH15 had alle componenten in min of meer dezelfde configuratie op de bodemplaat bevestigd.

ericsson binnenwerk voor Norm 51Ericsson Holland gebruikte de DBH15 als basis voor het type 1951. Het grootste verschil met de DBH15 is het binnenwerk met de elektrische componenten.

Typische kenmerken

Het type 1951 wordt gekenmerkt door in de eerste plaats het nummervakje. De lengte-breedte verhouding is typisch voor de in Nederland geproduceerde toestellen. De anderen hebben helemaal geen nummervakje of een wat hoger model. Daarnaast lopen de snoeren er bij het type 1951 aan de achterzijde uit, terwijl de DBH15 de snoeren er aan de zijkant uit had lopen. Daarnaast is er nog de hoorn, van het model dat heel erg op de F1 van Western Electric lijkt. Die zie je vaak op de Nederlandse toestellen, maar komt op niet-Nederlandse telefoons ook wel voor, zij het zeer sporadisch. Zie ook de alinea over hoorns.

Varianten

Ongetwijfeld zijn er nog meer varianten, dan die ik tot nu toe heb gezien. Hieronder volgt dus een niet-limitatieve opsomming.

rest 51 9 klaarWand en tafel

Natuurlijk het meest opvallend: er is een wandmodel en een tafelmodel. De elektrische componenten zijn verder precies hetzelfde, net als de kiesschijf, hoorn en het nummervakje.

2 different spacers on the wall version
2 different spacers on the wall version

Wel moet worden opgemerkt dat vroege versies (voor ongeveer 1955) van de wandtelefoon rubberen afstandhouders hadden op de achterplaat en latere versies massief metalen afstandshouders.

Aardtoets

3 different buttons
3 different buttons

Ongeveer de helft van deze telefoons zijn uitgerust met een aardtoets. Dat is in dit geval een wit knopje, aan de bovenkant van de behuizing, boven de kiesschijf. Het knopje zelf is gemaakt van een thermoplastische kunststof en veert heen en terug door de bladveren van het aardcontact. De aardtoets beweegt in veel gevallen door een geleide-busje van metaal of zwarte kunststof, dat in een uitgeboord gat in de behuizing zit. Er zijn ook exemplaren waarbij er in de behuizing zelf al een voorziening is aangebracht, zodat er geen losse busjes meer nodig zijn. Waarschijnlijk zijn de versies met losse busjes ouder, dan diegenen waarbij de voorziening voor de aardtoets met het bakeliet is meegevormd.

Bedrading/aansluitingen

Hoewel het type 1951 is gemaakt volgens de Norm 51, waarin de aansluitpunten voor de hoorn, kiesschijf en lijnsnoer zijn voorgeschreven is er van het type 1951 toch een afwijkende variant, waarbij de aansluitpunten van het lijnsnoer een andere volgorde hebben. De reden hiervan is mij onbekend en deze afwijkende variant is niet heel zeldzaam.

Bellen

De bellen van de Ericsson 1951 zijn in de meeste gevallen half mat zwart geverfd. Er zijn ook varianten met glimmend blanke metalen bellen.

Slot

Er was ook een versie met een slot aan de zijkant. Het slot bediende een schakelaar die de kiesschijf aan- en afkoppelde. Helaas ontbreken bij mijn exemplaar de sleutel en enkele onderdelen van die schakelaar.

Hoorn

De eerste één a twee jaar dat het type 1951 in productie was, was deze voorzien van het oude model Ericsson hoorn. Daarna is deze vervangen door de Ericsson versie van de F1-hoorn. Daarnaast zijn deze oude hoorns achteraf vaak vervangen door het nieuwere model. Het nieuwere model zit iets eenvoudiger in elkaar en heeft doppen bij de microfoon en microtelefoondoos (speaker) die uitwisselbaar zijn met de andere Norm 51 telefoons. Een type 1951 met de originele oude hoorn is daardoor heel erg zeldzaam geworden.

Hoornversterker

Er zijn versies van de Ericssonhoorn met een kleine versterker ingebouwd. Met een draaiknop kon het volume harder of zachter worden gezet.

Kleuren, voornamelijk wit

Naast de overbekende zwarte exemplaren, zijn er ook de nodige in wit uitgevoerd. Opvallend daarbij is dat de tint wit vaak verschilt, waarbij de verschillende onderdelen van een enkele telefoon onderling nogal van tint kunnen verschillen. Bij veel mensen is daardoor het misverstand ontstaan dat er 2 verschillende soorten zijn, namelijk wit en ivoor. De PTT heeft echter nooit Ericsson type 1951 in de kleur ivoor aangeboden en op de onderzijde wordt de typeaanduiding gevolgd door /W, met de W van wit dus. <FOTO”S>

Daarnaast heb ik wel eens een rode en een donkergroene gezien, maar dit waren echt unieke exemplaren. Deze zijn niet op reguliere basis door de PTT aan het grote publiek aangeboden.

Voor particuliere installaties

De exemplaren die gemaakt zijn voor publieke installaties hebben niet het PTT-logo onder de hoorn, maar een cirkel met daarin het logo van Ericsson Holland. Deze exemplaren hebben vaak het oude model hoorn, soms ontbreekt het nummervakje aan de voorkant en soms hebben ze een plastic kiesschijf in plaats van een exemplaar van bakeliet.

BB, Bescherming Bevolking

De BB had een LB versie van het type 1951 in gebruik, met een batterijenkastje aan de achterzijde en een wekgenerator op de plek van de kiesschijf.

NS

Ook de Nederlandse Spoorwegen hadden Ericsson type 1951 telefoons in gebruik. Zij hebben een NS-logo onder de hoorn, in 2 varianten. De ene is met een gevleugeld treinwiel met de tekst Nederlandsch Spoorwegen en de andere een eenvoudige cirkel met de letters NS. Exemplaren hiervan zijn zeldzaam en zeer gezocht door treinfanaten.[:en]Ericsson 1951 voorEricsson type 1951

Ericsson was the first manufacturer that came up with a newly designed telephone, that conformed to the Norm 51 specifications. This type is the most produced of the 3 newly designed Norm 51 telephones (the others being the Standard type 1954 and the Heemaf 1955).

You see this telephone, both as the wall version as well as the desk version, often at fleamarkets, marktplaats (a kind of Ebay), etc etc.

These telephones have been exported as surplus material to the USA and other countries, there to be sold as 2nd hand telephones. You can find them all over the world.

Ericsson type 1951
Ericsson type 1951

What is it called?

Ericsson tafeltoestel/wandtoestel type 1951 is the official PTT name. It was also called CE 51, in accordance with a classification system that was in use by PTT in the 50s for a while. Outside the Netherlands it is sometemes called “RUEN”. This is derived from the mistakenly read logo at the underside of the phone, where it says RIJEN. Rijen is the town where the Ericsson factory in the Netherlands was located. The IJ combination is typical and quite common in the Dutch language, but it often leads to misunderstandings and confusion with people who do not speak Dutch.

Development

Ericsson 31 48The family resemblance with the very first all bakelite telephone by Ericsson, the DBH1001, is unmistakable and the type 1951 evolved from this Art Deco telephone through a number of stages. In 1947 Ericsson redesigned the DBH1001 and introduced the DBH15. Again this was an all Bakelite telephone. The outside was similar to the DBH1001, only with softer lines and an all bakelite dial. The DBH1001 had its electrical components mounted on a frame that was mounted inside the body shell, where the DBH15 had all its components mounted on the base ericsson binnenwerk voor Norm 51plate in a more or less similar configuration. Ericsson Holland used the DBH15 as a basis for the type 1951. The main difference was the lay out of the electrical components.

Typical features

Typical for the type 1951 is the shape of the small number window at the front. The length-to-width ratio is typical for the Dutch built version. The others have a slightly higher window or no window at all. Furthermore the cords of the type 1951 run out of the back, while the DBH15 has the cords running out of the side. And there is the handset, which is similar to the F1 handset by Western Electric. They occur often on Dutch telephones, but it can also be found on Ericsson telephones from other countries, albeit sporadically. See also the paragraph on handsets.

Variants

Undoubtedly there are even more variants, than I have seen so far. So the overview below is non-exhaustive.

Wall and Desk model

rest 51 9 klaarObviously of course there is a wall model and a desk model. The electrical components are exactly the same, as is the dial, handset and number window.

2 different spacers on the wall version
2 different spacers on the wall version

Please note that early wall telephones have rubber spacers (before ca 1955), while later versions had metal spacers.

Earthing button

Most of these telephones are equipped with an earthing button. In this design the earthing button is a small white button, on the top of the body shell, just above the dial. It is made of thermoplastic and the up and down action is provided by the leaf springs of the earthing switch.

3 different buttons
3 different buttons

The shaft of the button is fitted in a small metal or plastic tube, that runs through a drilled out hole in the housing of the body shell. There are versions which accommodate the button without the extra tube. Probably the ones with the tube are older than the ones which have the position for the button moulded directly in the Bakelite.

Wiring/connecting the phone

Although the type 1951 adheres to the Norm 51, which specifies exactly what terminals are to be used for the dial, handset and line cord, there is a version of the type 1951 that has a different order of the terminals for the line cord. The reason for this is unknown to me and this variant is not very rare.

Bells

The bells for the ringer are in most cases painted in a semi glossy black, but also shiny unpainted bells can be found.

Lock

There is a version with a lock on the side of the body shell. The lock operated a switch, which connected and disconnected the dial. Unfortunately mine is missing its key and parts of its mechanism.

Handset

The first couple of years the type 1951 was in production, it had the older type Ericsson handset. After that it was replaced with a newer model, that is very similar to the Western Electric F1 model. The older type handsets are almost all replaced by that newer model. The newer model is of a less complex design and has caps that are interchangeable with those of other Norm 51 telephones. A type 1951 with an original older type handset has now become very rare indeed.

Amplifier

There are versions of the Ericsson handset with a small amplifier built in. Sound volume can be adjusted with a small wheel at the side of the handset.

Colours, maily white

Besides the well-known black ones, there is also a white version. Notably these come in a wide variety of shades, and different parts of a single telephone can be of very different shades of white. Many mistakenly believe that there is a white and a cream/ivory version of this model. PTT have offered an Ericsson type 1951 in ivory and on the bottom the model number of this phone is always followed by /W, with the W for white.

Apart from the white ones I have seen a red and a dark green one, but these were unique specimen, perhaps literally one offs. These were never offered by PTT to the general public.

For private installations

Versions made for private installations lack the PTT logo, just under the handset. They have a circle with the Ericsson Holland logo, moulded in the Bakelite. These often have the older style handset, sometimes without the number card window at the front. Sometimes they have a plastic dial, instead of one made of bakelite.

BB, Bescherming Bevolking (civil defense)

The Dutch civil defence organisation (BB, Bescherming Bevolking) used an LB version of the type 1951. It had a battery compartment bolted on the back.

NS (Nederlandse Spoorwegen, Dutch railways)

The Dutch Railways too used the Ericsson type 1951. Their telephones had the NS-logo, under the handset. That logo came in 2 varieties. There is one with the winged train wheel and one with the simply NS in a circle. Those railway versions are quite rare and highly sought after by train collectors.[:]

45 Reacties

  1. Hallo, ik heb een ericsson hoorn met een langwerpige druktoets aan de binnenkant. Waar is die voor? Mute misschien? Is dat bijzonder of juist heel gangbaar? Het toestel is uit 1956. Groetjes, Mike

    • Hallo Mike, het is waarschijnlijk een PTT-toets (push to talk). Deze knoppen schakelen de microfoon in, wanneer ze ingedrukt worden, zoals bij een walkie talkie.
      Je vindt ze op LB-telefoon (lokaal batterij) waarbij de telefoon een batterij heeft om de microfoon van stroom te voorzien, ipv dat de stroom wordt geleverd door de telefooncentrale (CB, centraal batterij).
      De knop zorgde ervoor dat er alleen stroom verbruikt werd, wanneer er gesproken wordt en bespaarde daarmee op het stroomverbruik van de batterijen.
      Je vond ze op van die militaire telefoon, met zo’n zwengel (generator), maar ook op bijvoorbeeld testtelefoons.
      Groeten, Arwin

  2. Hallo!
    Dank voor alle info. Weet u misschien wie de ontwerper van de Ericsson 1951 is?

    Bij voorbaat dank,
    Roxy

    • Hallo Roxy, bedankt voor je bericht. De Ericsson 1951 is eigenlijk, aan de buitenkant, een gemoderniseerde model 1931. Alleen de scherpe randen zijn iets afgerond en de hoorn heeft een ietsje andere vorm.

      Het model 1931 is ontworpen door de Deense kunstenaar Jean Heiberg.

      Wie de modernisering heeft gedaan is mij onbekend. Soms wordt de Nederlandse ontwerper Gerrit Kiljan genoemd, maar dat is pertinent onjuist. Die zou dit nooit zo doen.

      Groeten,

      Arwin

      • Hallo Arwin, Gerrit Kiljan heeft voor Heemaf het bakelieten telefoontoestel ontworpen, de hoorngreep is i.p.v. driehoekig nu vierkant en het toestel werd al gouw het strijkijzer genoemd omdat het daar op leek.
        Groetjes
        Petet

        • Hallo Peter,

          Bedankt voor je reactie en aanvulling. Het artikel over de Heemaf telefoon zal in de toekomst worden uitgebreid. Het toestel kent vele bijnamen en deze zal ik zeker in het lijstje opnemen.

          Groeten,

          Arwin

  3. I have two of these, both in white, one of them a desk model and the other a wall model. I’ve converted them to the British PSTN system, and the desk one is the most magnificent thing to use – the sound quality is outstanding, and the bells ring very clearly. Lovely.

  4. Beste Arwin,

    In de afgelopen maand heb ik mijn Ericsson 1951 (met behulp van deze website) gerestaureerd. Hij ziet er weer fraai uit en werkt bijna perfect. Ik zeg bewust bijna, want zodra ik er mee bel of gebeld wordt, zegt degene die ik aan de lijn heb, dat ik erg slecht verstaanbaar ben.
    Is er een mogelijkheid om mijn (microfoon)volume naar buiten toe te versterken zonder daarvoor in de hoorn te hoeven schreeuwen?
    Ik hoor graag van je.

    Met vriendelijke groet,
    Pedro

    • Hallo Pedro,
      Wat vreselijk leuk om te horen dat dit artikel zo behulpzaam was.
      Dat het microfoontje zacht is, is een veel voorkomend euvel. Ze worden vaak zacht als ze oud worden.
      Vervangen door een goedwerkende is het makkelijkst. EVT heb ik er eentje voor je. Ik stuur je een mail.
      Groeten,
      Arwin

      • Hi Arwin,

        De microfoon is binnen en werkt perfect.
        Bedankt voor de snelle actie 🙂

        Met vriendelijke groet,
        Pedro

      • Dankzij de informatie op deze pagina heb ik mijn Erickson 1951 aan de praat gekregen. Dankjewel! Het geluid van de microfoon is bij mij ook zacht. Weet je waar ik naar moet zoeken als ik naar een andere op zoek ga?

        • Hoi Erik, mooi om te lezen dat je wat aan mijn website hebt gehad! 🙂
          Ik heb evt een vervangende microfoon voor je. Ik zal je een email sturen.

          Groeten,
          Arwin

  5. Hello Arwin,
    I’m writing to you from Germany and my dutch is not the best (can read simple text though), so I will try in english. Thank you for your helpful website and your informations concerning Ericsson bakelite telephones. In this article you mention a DBH 15 variant. I just purchased a swedish DBH 15X22 from a german ebay seller. It has a bakelite dial starting with 0…9 (typical swedish) and a sticker inside reading “Förradsverkstaden Norrköping”. It is marked 34 51 – LM Ericsson – TV (for swedish Televerket). I can’t find any more information about this special type, maybe you have some? The phone works and looks original except for an additional 0.5 uF capacitor soldered across the original one. Some parts are dated 64, maybe it was refurbished or repaired then.
    Best regards from duitsland, Dietrich

    • Hi Dietrich, thank you for your message and compliments. Congratulations on your purchase.
      I’m afraid there is not much info about this model. I have searched for more for several times. I do not have any real additional info.
      Even the site of Ericsson History does not have much about it. It has a section with called sources, which contains catalogues and magazines, but the ones from 1947, when the DBH15 was introduced, are missing.
      I do not have one myself, yet. That is the main reason why I do not have an article on it.
      If I understand you correctly, I would say 34 51 means it was made in week 34 of 1951 and the other dates indicate it was refurbished in 1964 or later.I would think that 1964 is quite late as a production date, as its successor the dialog was introduced in that same year.
      If you like I have a finger wheel for you with the normal number distribution (1 2 3 4 5 6 7 8 9 0).
      Best regards,
      Arwin

  6. Hi Arwin,
    guess what, I had a nice surprise in my mailbox yesterday! With your finger wheel, dialling will be much more comfortable. It matches the phone perfectly.
    On the site STSF.org there are numberless diagrams for Ericsson phones but not for this one. It has a network resistance of 1200 Ohms, not the usual 600 Ohms. I’m not sure if this is the reason for it’s very good voice quality on my VOIP router. It also works perfectly with a transistor microphone I built for it (the original capsule was dead). I asked the seller about the history. He bought it on a surplus sale from the volunteer fire department of Norrköping in Sweden and never used it. As it has the “Förradsverkstaden Norrköping” sticker inside, I figure that it was once refurbished and stored there as reserve material.
    Once again, thanks for your help which is very much appreciated!

    • Hi Dietrich, you are welcome.

      Perhaps it was adapted for a specific purpose and no longer a standard factory Ericsson phone and that is why it is not on the STSF list.
      I am just guessing of course. The STSF list is wonderful and big, but not complete.
      Regards,
      Arwin

  7. Ik heb een kabel RJ11 met 2 stekkers en wil er eentje afknippen en dan de die aan de ericsson van 1961 verbiden. Kan dat ? en op welke aansluitingen krijg ik het werkend? De kabel heeft alleen rood en groen. De telefoon 4 kleuren.

    • Hallo Ronald, bedankt voor je je bericht. Ja dat kan. Verbinden met rood/blauw in het toestel. Dat komt meestal overeen met terminal 10 en 11, maar soms 9 en 10. Kijk aan de achterzijde van de terminal strip welke van 9 10 en 11 rood en blauw zijn. Ook nog even een verbinding maken tussen blauw en geel (geel is meestal 9, maar soms 11). Anders rinkelt de bel niet.
      Groeten,
      Arwin

  8. Ik ben in het bezit van een Ericson wandtoestel met aardtoets Type 1951.
    (schema 31346-1)
    Het toestel heeft zo’n dik 40 jaar in een Amsterdams Hoogspanningsstation gehangen.
    Nu komt mijn vraag: Ik zou graag een schakeling willen bouwen zodat ik het toestel kan laten rinkelen zoals het origineel geklonken zou moeten hebben. Wie kan mij helpen.

    • Hoi Hans, wat wil je precies? Je kunt hem toch gewoon op een telefoonlijn aansluiten?
      Of ben je op zoek naar iets dat naar behoefte een belsignaal genereert?
      Leuk vondst trouwen, een toestel uit een hoogspanningsstation. Is dat er ook nog aan te zien? Sticker erop oid? Nr kaartje in het raampje?

      Groeten,
      Arwin

  9. Goedemiddag Arwin, ik wil inderdaad een zelfstandig belsignaal genereren, weer een leuk hobbyprojectje.
    Van telecomtechniek heb ik onvoldoende kennis om iets te bedenken maar ben wel bekend met hoogspanningsinstallaties en bijbehorende secundaire apparatuur. Nee, er zijn geen specifieke stickers of iets dergelijks. Inwendig vond ik wel het originele aansluitschema. Misschien kun je mij op weg helpen. THNX

  10. Hi Arwin,
    Wat een goede website zeg! Bedankt.

    Ik heb een (denk ik) Ericsson 1951, maar een private installatie. Er zit geen bel in, en hij heeft 1 rode, 4 witte en 1 zwarte knop aan de voorkant om verschillende lijnen te kiezen neem ik aan. Een klein embleempje zegt Standard aan de linkse kant en PTT rechts. Hij is in prachtige conditie.

    Ik wil proberen hem werkend te krijgen en had wat vragen:
    – 1 optie is deze: https://hackaday.io/project/165208-an-old-rotary-phone-as-bluetooth-set Heb je daar ervaring mee?
    – ik zoek een wiring diagram. Heb jij die?. De draaischijf heeft 3 draden, maar die van bovengenoemd project heeft er 4 – probeer te kijken of het uberhaubt zou werken
    – wil de microphone en speaker versterken; wat zijn mijn opties?
    – ik zoek een aparte bel; omdat dit toestel onderdeel was van een private (PABX) installatie, zit er geen bel in. Weet jj wat er bij hoorde? Ik kan foto’s sturen.

    Frank uit Sydney

    • Hallo Frank, bedankt voor je bericht en je complimenten. Zo te lezen heb je geen ERicsson 51, maar een Standard type 1950.
      Zie ook hier: http://www.matilo.eu/3-the-phones/1945-1960-late-bakelietperiode/standard-type-1950/

      Dat is geen normaal toestel. Er zit idd geen bel in, maar wel een buzzer. Maar deze buzzer werkt niet zomaar op een normale telefoonlijn.
      Ik heb geen ervaring met ombouw naar bluetooth.
      Ik heb wel een wiring diagram. Weet niet of je er iets aan hebt. Begrijp niet helemaal wat je bedoelt met die opmerkingen over draaischijven. Ga je de draaischijf vervangen? 3 of 4 draden moet niet uitmaken.
      Klinken je microfoon en speaker zacht? Dan kan het zijn dat ze moeten worden vervangen. Als ze oud worden, worden ze zwakker.
      Dit toestel had een buzzer en geen bel. Die buzzer werkt niet op een normale telefoonlijn. Een aparte bel zou een oplossing kunnen zijn. Tijdje geleden een dergelijk toetstel gerestaureerd voor iemand. Die wilde hem ook echt gebruikten. Toen heb ik hem gecombineerd met een externe bel die wel werkt op een normale telefoonlijn.
      Ik stuur je ook even een email.
      Groeten,
      Arwin

  11. Hallo Arwin,

    Leuke en informatieve site.
    Vraagje: ik heb een Ericsson 1951 werkend gekregen, vooralsnog alleen gebeld worden, maar bellen gaat ook weer gebeuren, maar…. hangt de 1951 alleen aan de router van T-mobile dan rinkelt hij probleemloos, hang ik vervolgens de normale telefoon er bij aan dan geeft de 1951 een enkele ting en gaat allen de normale telefoon over.
    Want kan dit zijn en hoe op te lossen?

    De groet’n,

    Rudi

    • Hallo Rudi, bedankt voor je bericht en compliment. Mogelijk is je belspanning te laag voor beide telefoons. Kan ook een bedradingsprobleem zijn.

      Heb je al geprobeerd de a en b draad te verwisselen in je Ericssone 51? Verhelpt dat het probleem?

      Groeten,

      Arwin

      • Dag Arwin,

        Bedankt voor de tips, dat van de a en b draad wisselen wist ik niet, maar….. ik ben opnieuw begonnen met bij de bron op te bouwen met korte bedrading ivm verlies, dat maakt dat alles werkte, vervolgens weer met de lange bedrading er aan en ja hoor…. alles werkt nu ineens wel…… vreemd…..

        Andere vraag, is er eventueel wat aan te doen om de bel in de Ericsson iets luider te laten rinkelen?

        De groet’n,

        Rudi

        • Hallo Rudi, mooi dat het weer werkt. De bel harder laten rinkelen is niet eenvoudig. HIj is namelijk afgesteld op een bepaalde frequentie.

          Wat je evt zou kunnen proberen is de belschalen iets verdraaien. De bevestigingsbout zit namelijk niet precies in het midden. Zo kun je de rand van de bel iets dichter of verder af van het hamertje afstellen. Zo zou je hem ietsje harder kunnen laten klinken.

          Let op: zorg er wel voor dat het hamertje de rand van de bellen net niet raakt. Dus als je het hamertje bv naar rechts zet moet er een klein beetje tussenruimte zitten tussen hamertje en rechter bel. En links evenzo, natuurlijk.

          Groeten,

          Arwin

          • Dag Arwin,

            Dat van die belschalen zal ik bekijken als ik de DTMF print ga plaatsen, is het zo dat naar mate de afstand tussen hamer en schaal groter is, de hamer meer slag ontwikkeld en de schaal daardoor krachtiger wordt geraakt?

            De groet’n,

            Rudi

          • Dat met die bel op allerlei modems en ATA’s heb ik hier opgelost door er een Homevox 1-5 tussen te zetten. Daarmee kan ik intern bellen met pulsen en tonen en kan ik per aansluiting wel 2 oude bellen (“aansluitfactor 5”) laten rinkelen. 1 detail stoort me wat, dat is dat de belspanning uit de Homevox 50Hz is en niet 25 Hz, waardoor de bellen wat lomper, ruwer, sneller rinkelen. Maar ze rinkelen in elk geval steviger dan op de telefoonpoort van de meeste modems waar de te leveren belspanning en -stroom doorgaans beperkt is door de voedingsspanning van de modem.

          • Hallo Theo, gek genoeg geeft mijn Homevox minder belvermogen dan mijn modem. Kennelijk kan dat belvermogen nogal verschillen per modem.
            Groeten,
            Arwin

  12. Dear Arwin

    I have just bought an Ericsson bakerlite wall phone stamped 1960 with number 329-1 and PTT markings. It was bought as fully working but it does not ring when called although the call connects and we can speak? When I opened it up I expect to see the bells as on the pictures above… if I send pictures could you confirm the bells a missing?

    thanks

    Mark

  13. Hallo Arwin,

    wat een geweldige site heb je! Veel nuttige informatie.
    Uit een voormalig schoolmeesterswoning heb ik een wandtoestel Ericssons model 1951. Ik heb hem thuis aangesloten op onze telefooncentrale. Daar heb ik ook al een ander oud wandtoestel uit de oude boerderij waar we ooit hebben gewoon op aangesloten. Werkt prima.
    Helaas werkt de schoolmeesterstelefoon niet prima. Ik kan er mee bellen. Gebeld worden gaat ook, de verbinding komt goed tot stand. Echter, bij gebeld worden gaan de bellen niet rinkelen. Er komt wel spanning op de spoelen. Ik heb alle contacten schoongemaakt, maar dat mocht niet baten. Heb jij enig idee waar het euvel kan zitten?

    Hartelijke groet,
    Inka

    • Hallo Inka, bedankt voor je bericht en je complimenten!
      Komt er wel een verhoging op de spanning op de spoelen, als het belsignaal binnenkomt?
      Zo nee, dan moet er wellicht nog even naar de bedrading gekeken worden. WS een draadbrugje tussen schroefje 9 en 10 (als het tenminste een Ericsson type 1951 betreft).

      Heb je de continuiteit van de spoelen al gechecht? Mogelijk zit er een draadbreukje in 1 van de spoelen. Komt wel eens voor bij Ericssons.

      Groeten,
      Arwin

  14. Hello Arwin,

    I am now seeing a black DBH15 here in local marketplace. I asked for some pictures and apparently the base plate is plain metal only– for comparison: usually DBH15 here has Ericsson logo ‘made in Sweden’ and PTT logo on the base plate. Just like Ericsson 1951 as well in your post, has Ericsson Rijen logo on the base plate. The phone model and year are also usually stamped onto it.

    Have you seen this kind of ‘plain’ phone..? is this normal or maybe developed to special institution? or maybe have refurbished in the old time?
    I am pretty interested because this phone still have its terminal box (shaped like S&H connection box)

    Alvast bedankt for your feedback 🙂

    • Hi Danny, I have never seen a DBH15 in real life before, except perhaps behind glass in some museum. So I really do not know what the base plate should look like and if the plate is original.

      I have seen plain base plate, without any stamping, on PTT type 1951. These were proper Ericsson Holland telephones, assembled in Rijen. For some reason the had plain undersides. I do not know why. They do not seem to be early or late versions.

      I do not think it is likely that a baseplate is swapped out for a plain one during a refurb.

      Perhaps it indicates that the phone was not made in Sweden, but in another country.

      Regards,
      Arwin

  15. Dag Arwin!
    Leuk en handig deze website! Ik heb een Ericsson 1951, en hem met behulp van alle tips, aangesloten, zodat ik hem voor inkomende telefoontjes kan gebruiken, en de Tringggg kan horen natuurlijk…
    Helaas heeft mijn hond m uit de vensterbank gekiept…en stuk dus. Een van de ‘pinnetjes’ onder de hoorn, de techter, waarop je de hoorn dus legt om op te hangen, lag er uit. Opengemaakt, pinnetje terug, alle draadjes op zijn plek, zo lijkt het, het probleem is dat als ik de hoorn op de haak leg, de verbinding niet verbroken wordt. Met mijn oor ernaast hoor ik dan nog steeds de kiestoon, en wordt na de ingesprektoon alles stil. Enig idee hoe en of ik dit nog kan fiksen? Ik heb een foto van de binnenzijde eventueel. Dag! Ariel

    • Hallo Ariel, bedankt voor je bericht en je complimenten. Ik snap niet helemaal wat je bedoelt. Ik stuur je een email. Kun je me dan misschien wat foto’s sturen?

      Groeten,
      Arwin

  16. Waar is de ronde attribuut voor achter de hoorn? (Geklemd tussen stangen) Er zitten ook gaatjes in

    • Hoi, bedankt voor je bericht. Ik snap niet helemaal wat je bedoelt. Het microfoon element? Of het speaker element?
      Stuur me anders eens een foto van wat je bedoelt.
      Groeten,

      Arwin

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*