
Nee, het is geen telefoon. Maar dit apparaat heeft wel met telefonie te maken. Het is een druktoetskiezer, een hulpmiddel voor centralisten. Dit apparaatje stelde ze in staat sneller een nummer te kiezen, zodat ze hun handen vrij hadden om een andere beller te woord te staan, terwijl het apparaatje verder ging met het kiezen van het gewenste telefoonnummer.
Deze apparaatjes werden in de jaren 30 voor het eerst geïntroduceerd en gebruikt door de GPO in Groot Brittannie en ook in andere landen.
Ik heb de mijne gekocht op een swapmeet in Engeland, aangezien je ze in Nederland bijna nooit ziet.
Voor promotionele doeleinden werd het ook wel een keycaller genoemd.
Het is simpelweg een metalen doos met 10 schrijfmachinetoetsen. Binnenin bevindt zich een radermechaniek en een groot wit indicatorwiel met zwarte streepjes langs de buitenrand. Door het raampje aan de bovenkant kon je zien of de keysender in de bedrijf was.
Het voordeel uitgelegd

Het voordeel van de keysender is tweeledig.
Ten eerste heeft het een druktoetssysteem. Hierdoor hoef je niet steeds te wachten tot de kiesschijf terug is gedraaid naar de rustpositie totdat je het volgende cijfer kunt kiezen, zoals bij een normale kiesschijf. Dit scheelt gemiddeld 0.5 seconde per cijfer.
Ten tweede kun je alle cijfers intoetsen voordat de keysender klaar is met het kiezen van de voorgaande cijfers. Dus het telefoonnummer kan in korte tijd worden ingetoetst, terwijl de keysender doorgaat met kiezen met 10 pulsen per seconde. Zo kan de centralist verder gaan met andere taken, terwijl de keysender bezig is met het verwerken van het intoetste nummer.
Hoe werkt dat?

Het mechaniek heeft een groot wiel met kleine beweegbare pinnetjes langs de rand. Wanneer een cijfer wordt ingetoetst, wordt 1 van deze pinnetjes ingedrukt. Wanneer een volgende toets wordt ingedrukt, wordt het volgende pinnetje ingedrukt.. De ruimte tussen deze 2 correspondeert met dat ingetoetste nummer. Dus wanneer 4 wordt ingedrukt, worden 4 pinnetjes overgeslagen en de 5e ingedrukt.
Dus, als bijvoorbeeld de reeks 2, 4, 1, 5 wordt ingetoetst, dan ziet de rij met pinnetjes er zo uit:
.II.IIII.I.IIIII.
Het mechaniek draait het wiel met pinnetjes, zo het pulscontact in werking stellend. Na ieder cijfer worden de pinnetjes weer terug gedrukt. Op deze manier is dat wiel een mechanisch geheugen dat het ingetoetste nummer opslaat.
Uniek?
De keysender werd vooral gebruikt in de Britse gemenebest. Het is een manier om de belasting van centralisten te verminderen, toen het telefoonverkeer in de 20e eeuw behoorlijk begon toe te nemen. Er waren ook andere toepassingen die dit zelfde doel hadden. In de USA werd gebruik gemaakt van kiesschijven die op dubbele snelheid waren afgesteld. Zij draaiden met 20 pulsen per seconde. Het nadeel hiervan was dat de telefooncentrales moesten worden aangepast om hiermee om te kunnen gaan.
De Duitsers hadden een soort trek-kiezer. Door de vormgeving kon de centralist iets sneller nummers kiezen.
Een speciale kiezer voor centralisten was dus op zich niets uniek, maar eentje met druktoetsen wel.
Nou ja, totdat de elektronische toonkiezers ten tonele verschenen dan.
Geef een reactie